Wat zegt de Ecodesignverordening?
Norm = condensatieketel. Sinds 26.09.2015 legt de Ecodesignverordening de verplichting op dat verwarmingsketels die bij de fabrikant uit de deur gaan, een bepaald rendement moeten hebben. Daarbij is een condensatieketel in principe de minimumnorm.
Uitzondering voor appartementen. Er was één belangrijke uitzondering op deze regel: zijn er verschillende centrale verwarmingsketels aangesloten op één schoorsteen, dan waren er nog ‘atmosferische ketels’ (het zgn. type B1) mogelijk.
Weer wat strenger… Sinds 26.09.2018 zijn de spelregels weer strenger voor nieuwe verwarmingsketels die op de markt komen. De norm van de uitstoot van stikstofoxide (zgn. NOx) is sinds dan strenger. Daardoor zullen er – eens de voorraad uitgeput is – nog weinig of geen ‘B1-ketels’ te koop zijn die voldoen aan die strengere eisen. Ook voor reserveonderdelen gelden strengere normen zodat een reparatie moeilijker wordt.
Gevolg als eigenaar van appartement?
Eén gemeenschappelijke ketel? Is er één gemeenschappelijke ketel in het gebouw, dan is er weinig discussie mogelijk. Is die defect, dan moet de nieuwe ketel een condensatieketel zijn of een gelijkaardige milieuvriendelijke oplossing. Dat was al enkele jaren zo.
Ieder heeft zijn eigen ketel? In appartementsgebouwen waar ieder zijn ketel heeft die aangesloten is op een gemeenschappelijke schoorsteen, stelt zich mogelijk nu wel een probleem. Is een van de verwarmingsketels defect is, dan vindt die mede-eigenaar binnenkort wellicht geen atmosferische ketel meer (type B1). Hij is dan verplicht om over te schakelen op een condensatieketel.
Dat heeft mogelijk gevolgen voor iedereen. Op zich zijn die ketels ‘privatief’ en is het aan iedere mede-eigenaar om een beslissing te nemen over de ketel die hij wil. Dikwijls ligt het echter ingewikkelder omdat de gemeenschappelijke schoorsteen aangepast moet worden aan een condensatieketel. In sommige gebouwen kan dit enkel als iedereen tegelijk mee overschakelt.
Goed om te weten. Ook technisch gezien heeft het voordelen als iedereen mee overschakelt. Dat geeft meer veiligheid (minder CO-risico) en minder koude buitenlucht.
Tip. Als syndicus kunt u het best voorstellen om een beschrijving te maken van de schouwen en eventuele vrije technische ruimtes. Op basis daarvan kan een studie gemaakt worden van de aanbevolen werken en de kostprijs.
Niet iedereen wil mee? Zo’n gezamenlijke schouwrenovatie is soms een heel ingrijpende renovatie. Is de koker in goede staat en voldoende groot voor verschillende afvoerkanalen, dan bestaat er nog een tussenoplossing waarbij degenen die niet direct mee willen, minder betalen.
Hoe gaat dat dan? De defecte toestellen én de toestellen van de eigenaars die dit wensen, worden vervangen. Deze eigenaars investeren dan in een condensatieketel en de aanpassing van de schouw. De eigenaars die niet omschakelen, moeten dan wel mee investeren in de aanpassing van de schouw zodat zij later ook kunnen omschakelen naar een condensatieketel. Op dat moment moet de schouw nauwelijks aangepast worden.